© Rootsville.eu

Gevarenwinkel #21
Festival (dag 3)
Varenwinkel (25-08-2018)

reporter: Marcel & photo credits: Vanessa


info organisatie: Gevarenwinkel
info band:
Ed De Smul (B) - Nico Duportal & His Rhythm Dudes (F) - Malford Milligan & The Southern Aces (US/NL)
Ben Miller band (US) - Josh Hoyer & The Soul Collosal (US) - Hayseed Dixie (US) - Big Daddy Wilson (US)

© Rootsville 2018


Korte nacht na 'dag 2' van Gevarenwinkel want in de tent van de camping stond tijdens het bluesy ochtendgloren een band op het programma en ook voor deze 'Hangover Bluesband' maken we uiteraard tijd vrij. Het moment dat we de tent binnen komen worden de 'boterhammen' al in dubbele porties aangereikt en zo zou de naam van de band morgen ook wel eens van toepassing kunnen zijn. Van 'corvee' zijn Ronald, Alain, Wener en Celle en deze viermanformatie brengt semi-akoestische blues met in de aanslag , een basgitaar, een elektrische en een akoestische.

Verder nog vocals een beatbox en een harmonica, yep, de ingrediënten voor een gezapige voormiddag. Op hun setlist brengen ze een grote diversiteit aan stijlen samen met het mooie '(Looking For) The Heart of A Saturday Night van meester songwriter Tom Waits. Dat de heren fan zijn van Tom Waits blijkt als ze op het einde ook nog 'Jersey Girl' brengen. Van de vader van de blues staat 'Crossroads' op het menu en ook met Morganfield's 'Can't Get Satisfied' doen ze een enkeling een poging wagen om te dansen. Wanneer dit Quartet dan nog eens 'Brown Eyed Girl' ten beste geven smelten zelfs nog andere harten ;-). Voor de folk gingen ze de toer op met The Dubliners hun million seller hit 'Wild Rover' en na het zoveelste pintje op deze voormiddag zong ik in gedachte al mee van No, Nay, Never No More.

Swing Wespelaar was nog maar net verteerd en we waren weer vertrokken voor een nieuw festival weekend. Deze keer op weg naar de Kempen voor de 21ste editie van het (Ge)Varenwinkel festival. Ondertussen al jaren een vaste waarde op de kalender. Jammer genoeg waren dit weekend, de weergoden niet zo goed gezind en we dachten al midden in de herfst te zitten. Gelukkig kregen we maar enkele buien over ons heen, maar het was wel bitter koud. No worries, muziek verzacht de zeden en maakt het dragen van slecht weer aangenamer. De nieuwe locatie vind ik persoonlijk veel gezelliger dan de oude, dus stond er niks in de weg voor een fijne dag vol muziek.

Op deze laatste festivaldag stonden er 7 bands op de affiches, te beginnen met de Ed De Smul Band. Iedereen kant Ed als winnaar van de BBC 2017 met zijn Gators. In die band speelde Ed De Smul puike blues. Vandaag toert hij echter met Ed De Smul & Band. Deze keer graaft Ed dieper in zijn verleden en gaat hij terug naar het punt waar het allemaal begon.

Folk, Country, Americana, Blues waren de beginselen van een nieuwe wereld die Ed op jonge leeftijd heeft ontdekt en daarom duikt hij in het werk van onder andere Cat Stevens, John Hiatt, Lylle Lovet en Bob Dylan, op zoek naar inspiratie, om zo gloednieuwe eigen nummers te schrijven. Recentelijk bracht hij nog” Hardworking Man” uit, het is deze schijf die hij thans komt voorstellen. Hiervoor is hij in het gezelschap van : Tom de Poorter (gitaar), Stefan Boret (Bas) en Kay Van De Casteele (Drums) en zijn eigen dochter Silke.

Jammer genoeg was er nog maar weinig volk komen opdagen, en daar zal het weer wel voor iets tussen zitten vermoed ik. En zoals altijd hadden de afwezigen ongelijk. Ed en zijn gang gaven een heel goed optreden ten beste. Eerlijk? Ik vind dit zelfs nog straffer dat Ed & The Gators. Ed zit vooraan op een krukje enkel met zijn gitaar en smoelschuiver en weet zich gedekt door 3 toppers en de mooie stem van zijn dochter Silke. We krijgen goede Americana met her en der een vleugje country. ‘Number One, ‘Lay Down Sally’ krijgen het publiek warm. Met ‘Jambalaya’ komt warempel de zon door het wolkendek.  ‘ I Don’t Need No Breakfast’ heeft dat country tintje waarvan je denkt: “Yee Ha..saddle up your pony”. Afsluiten doet Ed met de titeltrack van zijn CD, ‘Hardworking Man’. Zeer aangenaam optreden waar ik volop van heb kunnen genieten.

Tussen de acts op het hoofdpodium door, speelt de Ben Miller Band twee sets in de Rootstent. De Amerikaanse Ben Miller Band brengt elementen van folk, blues, bluegrass en country samen. Ze noemen hun eigen stijl de Mudstomp. De mosterd halen ze bij onder andere Bob Dylan, R.L. Burnside, Charlie Patton, Robert Johnson, pre-war blues, delta blues, jug bands en string bands. Hun albums zijn pareltjes op zich. Hun EP” Record For Joplin” vormde dan weer hun bijdrage om geld in het laatje te brengen voor de slachtoffers van een verwoestende tornado in hun thuisbasis Joplin in de staat Missouri. Ondertussen is er weer een nieuwe schijf op de markt met de welklinkende naam “Choke Cherry Tree” .We konden ons verwachten aan een energiek optreden van deze Amerikaanse jongelingen bestaande uit Ben Miller (gitaar en vocals), Scott Leeper (one string washtub-bass en drums), Rachel Ammons (viool), and Smilin' Bob Lewis (gitaar & washboard).

Ok, als je spreekt van een optreden met ballen, wel dit was er één. Ben Miller speelde zich gedurende zijn twee sets in de rootstent in de top drie van deze festival editie. We kregen werk uit zijn drie schijven waaronder de nieuwste  ‘Choke Cherry Tree’. Stevig, uitgemeten en aanstekelijk. Ik denk daarbij aan songs als ‘One More Time’, ‘Life of Crime’ of ‘Heavy Load’. Het versterkt wasbord van “Smiling” Bob bracht rare geluiden voort en we kregen Duivelse vioolklanken van Rachel Ammons , die haar lange manen over het podium liet wapperen. Bob en Scott wisselden geregeld van instrument zo werd de bassist drummer en de gitarist bassist en werd de eerste set op speed afgespeeld, tot groot genoegen van de talrijk opgekomen aanwezigen. Het eerste gedeelte werd afgesloten met een geweldige versie van Son House ‘Grinning In Your Face’.

Na een eerste gig van Ben Miller, maakten we ons op voor Josh Hoyer & Soul Colossal. Hoyer deed vorig jaar nog mee aan de Amerikaanse Voice, maar sneuvelde in The Battles. Fijn van de organisatie dat ze deze energieke soulband wisten te strikken. Toch is én blijft Josh Hoyer een absolute topper, het zijn niet altijd blijvertjes die The Voice winnen. Overigens bestond de band Josh Hoyer & Soul Colossal toen al. De band serveert pittige soul en funk van de bovenste plank en bestaat buiten Josh Hoyer (keys en vocals) uit Benjamin Kushner (gitaar), Blake DeForest (trompet), Larell Ware (drums), Mike Keeling (bas). Ik had veel verwacht van deze band, maar moet eerlijk bekennen dat ik van een kale kermis ben thuisgekomen. Ok, we kregen een portie ouderwetse soul, maar het geheel was nogal redelijk vlakjes. Braaf en iets te gepolijst en daar konden songs als ‘Make Time’, ‘Running For Love’, ‘Misfit’ of ‘No Time’ iets aan veranderen. Een blazer is mij iets te weinig om de soul over te dragen en voor mij, was er iets te weinig ziel in de soul. Josh had jammer genoeg het verwachte vuurwerk niet in de tent gekregen.

Hierna keerden we terug voor de tweede set van Ben Miller, tot het tijd was voor het optreden van Malford Milligan & The Southern Aces. Het tweede deel was echt een feestje te beginnen met ‘Call Me If You Ever Want To Party’, gevolgd door het alom gekende en dus meegebrulde “16 tons’. Feelgood bluegrass met een pittige viool en banjo. Ben Miller bracht de zon terug in Varenwinkel en de aanwezigen hadden de brede glimlach op het gezicht. De “smiles” werden enkel breder met ‘House Of the Rising Sun’ en ‘Black Betty’ dat naaldloos overging in ‘John The Revelator’ en begaven we ons richting afsluiter met ‘What’s Going On’. De aanwezigen gingen uit hun dak en we kregen zowaar twee bissers waaronder een schitterende ‘I Wanna Be Sedated’ van The Ramones. Puik werk van Ben Miller en zijn band.

Terug naar de Main Stage voor Malford Milligan & The Southern Aces. Door zijn krachtige, soulvolle stem en zijn indrukwekkende voorkomen wordt Malford Milligan vaak vergeleken met soul-iconen als Otis Redding en Al Green. Geboren als albino in Taylor, Texas op 29 maart 1959, hadden de raciale spanningen in zijn jeugd een dubbele impact. In 1981 was Milligan regelmatig te vinden in Antone’s (de legendarische bluesclub in Austin) waar hij op de Monday Night Blues Jams opviel. Hij werd dan ook al snel frontman van de lokale band Stick People. Door zijn latere successen werd Milligan een gewilde sessiezanger en werkte en tourde hij samen met artiesten als Marcia Ball en Sue Foley om er maar enkele op te noemen.

Ondertussen werkt hij samen met de Nederlander Jack Hustinx (gitaar) van The Shiner Twins en bestaan de Southern Aces Roel Spanjers (toesten), Eric van Dijsseldonk (gitaar), Nicky Hustinx (drums) en Roelof Klijn (bas). Malford begon sterk met ‘ Life Will Humble You’. Iedereen was onmiddellijk overdonderd de warme soulvolle stem van Malford. Meer soul in zijn kleine pink als wat we te horen hadden gekregen van Josh Hoyer. Hierna kregen we ‘Hem Of His Garment’ voorgeschoteld, gevolgd door ‘Yo Yo’, ‘I Won’t Surrender’ en het wondermooie ‘People Get ready’ van Curtis Mayfield. Dit was het kippenvel optreden van het begin tot het einde. De ogen van de aanwezigen schitterden en je werd er zowaar stil van. Er mocht ook geshaked worden met ‘ I Don’t Mind It At All’ of met ‘ Mama Talk To Your Daughter’, er was blues met ‘A Good Day For The Blues’ maar er was vooral soul, soul en nog een soul met onder andere ‘Dreams To Remember’ van Otis Redding om af te sluiten met ‘Feel Like Going Home’ waarbij Malford opkwam met enkel piano begeleiding waarna de volledig band inviel. Nog een dikke pluim trouwens voor deze topmuzikanten die het niveau de hele tijd op hoog niveau hielden. Dit was een fenomenaal optreden en daar was iedereen het er nadien over eens.

In de rootstent was de Ben Miller Band ondertussen vervangen door onze vriend Nico Duportal & His Rhythm Dudes. Zanger en gitarist Nico Duportal kan je het best omschrijven als stevige rock en gevoelige blues. Op enkele jaren tijd is de muzikant tot een vaste waarde binnen Europa uitgegroeid. Oscar McLollie, Doc Starkes , Johnny Guitar Watson, Larry Williams, Little Richard en Ike Turner zijn maar enkele namen die de muziek van Nico Duportal beïnvloed hebben. Feesten geblazen dus als Nico “In Da House” is.

Verder bestaan The Dudes uit Thibaut Chopin (upright bass), Pascal Mucci (drums), Olivier Cantrelle (keys), nieuweling Evert Hoedt van The Electrophonics (baritone sax) en Sylvain Téjérizo (Tenor sax).
Een stevig pot rhythm and blues werd ons deel, waarbij een zeer grote rol werd weggelegd voor het pittige blazersduo. Er werd gestart met ‘Isn’t It Wrong’, ‘When I’m Gone en ‘Hush’. De band speelde zich de pleuris, dansers verschenen voor de stage maar het was ontzettend moeilijk om het optreden van Malford Milligan in een hoekje te duwen. Nico en zijn bende deden echter meer dan hun best en kregen toch de animo in de kleine tent en daar zaten songs als ‘The One To Blame’, ‘Melanie’ en het mooie ‘No Hate, Just Pain’ wel voor iets tussen.

Ondertussen was het op het hoofdpodium al tijd geworden voor de voorlaatste band van de avond. In dit geval Big Daddy Wilson. Hij werd geboren in Edenton, North Carolina en ook al groeide hij in grote armoede op, toch genoot hij van zijn jeugd. Hij zong in de kerk, maar de verlegen jongen durfde geen podium te beklimmen. Het leger stuurde hem naar Duitsland, waar hij voor het eerst de blues echt ontdekte. Maar er was meer. Hij vond er de liefde van zijn leven en overlaadde haar met gedichten. Die poëzie zette hij al snel op muziek. De verlegen jongen van weleer ontpopte zich tot een podiumbeest en betoverde Duitsland met zijn warme soulstem.

Vele Amerikaanse bluesmuzikanten wonen of woonden een tijd in Europa, zoals Luther Allison, Louisiana Red of Eddie Boyd. Echter kenden zij de blues al vanuit de VS. Big Daddy Wilson is in Noord-Duitsland blijven plakken zonder dat hij de Amerikaanse blues scene vooraf kende. Een ongekend en boeiend bluesgeluid staat dan ook op jou te wachten. Zijn laatste schijf “Songs From The Road” is een dikke aanrader. Hij wordt vergezeld van zijn vaste bende muzikanten met Cesare Nolli aan de gitaar, Paolo Legramandi op bas en Nik Taccori aan de drums. Tevens had hij ook een Italiaanse toetsenman mee, maar diens naam moet ik u jammer genoeg schuldig blijven. ’t Kan niet altijd prijs zijn hé.

Stevig begin met ‘Working On the Railroad’ in het begin enkel onder gitaarbegeleiding van Cesare. Dan een flinke portie soul, waar de warme stem van Big Daddy de hoofdrol speelde met ‘In This Storm’, 4time has Come To Be’ en het knappe ‘Wake Up’. Op zijn eigen manier bracht hij dan ook ‘Grinning In Your face’ van Son House en een ode aan zijn echtgenote met ‘Anna Mae’. Daddy schuwt ook het gitaarspel niet en omgorde zijn “cigarbox” om samen met zijn uitstekende band het publiek te vermaken. Op het einde trakteerde hij ons op een geweldige medley van klassiekers als ‘Midnight Hour’, ‘My Girl’ het duchtig meegebrulde ‘Stand By Me’ en de monsterhit van Otis Redding ‘Dock Of The Bay’. Van een afsluiter gesproken, dit was er eentje dat kon tellen. Het enthousiaste publiek had het zo niet begrepen en we kregen er nog ‘In My Baby’s Arms’ er gratis en voor niks bovenop. Weerom een meer dan geslaagd optreden.

Terug naar de rootstent dan voor de tweede set van Nico Duportal. Nico bleef stevig van jetje geven en gaf nogmaals het beste van zichzelf. Hierbij ook nog een pluim voor Olivier Cantrelle met zijn schitterend werk aan de hammond. ‘Soul patch’, ‘Good Man’ een herhaling van ‘No Hate, Just Pain’ op aanvraag van het publkiek, om richting einde te gaan met ‘Brand New Day’ en ‘Real Rockin’ Papa’. Het betere werk dus.

We trokken dan terug naar de mainstage voor het laatste optreden van de dag; Hayseed Dixie. Hayseed Dixie startte hun carrière met de akoustische plaat “A Hillbily Tribute to AC/DC”. Hun naam is dan ook de fonetische uitspraak voor AC/DC. Hun eigen werk is dan weer een mix van bluegrass en stevige rockmuziek, ze noemen het genre dan ook rockgrass. De band stond al op alle grote Europese folk- en rockfestivals. Daarnaast is de band nog een buitenbeentje. Zo zingen ze in het Noors en in het Duits, toch wel uitzonderlijk voor een Amerikaanse band. Iedereen heeft de filmpjes van dit zooitje ongeregeld uit Tennessee wel al op YouTube zien passeren, we konden ons dus maar schrap zetten voor figuurlijk spetterend vuurwerk!

Momenteel bestaat deze knettergekke bende uit John Wheeler aka Barley Scotch (zang, gitaar, viool, mandoline,banjo en piano, Hippy Joe Hymas (mandoline en gitaar), Jake "Bakesnake" Byers (bas) en Tim Carter (banjo). En inderdaad, het is echt een zooitje ongeregeld. Hillbilly punk is eigenlijk nog het beste om dit genre te beschrijven. Energiek, op speed, met het nodige showelement en songs als ‘TNT’ van de echte AC/DC, ‘Rebel Yell’ van Billy Idol of ‘Walk This Way’ van Run DMC, het geheel overgoten met pittige bluegrass met banjo en mandoline. Feestje bouwen dus. En er werd een stevig feestje gebouwd. Zo stevig dat er al wat “zombies” rondliepen die niet echt meer wisten van welke parochie ze waren en blij waren dat er stevige palen aan de tent waren om zich aan vast te houden. Maar hey, who cares?

Voor mij werd het echter stilaan tijd om richting bedstee te rijden. Prachtige dag met redelijk wat uitschieters, maar daar volledig bovenaan prijkt Malford Milligan, voor mij DE topper van de dag. Knappe organisatie met een strak tijdschema dat perfect werd gevolgd. Niets dan blije gezichten, kortom: “Varenwinkel U was weer fantastisch!!!”

Marcel